Het Rode Kruis kreeg in 1909 de taak om informatie over gesneuvelde militairen, gewonden en krijgsgevangenen aan familieleden over te brengen. In de Tweede Wereldoorlog kwam daar een informatiebureau bij over burgerslachtoffers, zoals weggevoerde Joden, politieke gevangenen en Nederlanders uit jappenkampen.
Na 1945 gebruikten 400 medewerkers de informatie uit het archief om overlijdensverklaringen op te stellen voor mensen die in de Tweede Wereldoorlog vermist waren geraakt. Weduwen en wezen hadden dat nodig om een uitkering te krijgen. Daarvoor verzamelde het Rode Kruis bijvoorbeeld kampadministraties, deportatielijsten en repatriëringslijsten uit Nederlands-Indië. In totaal gaat het om gegevens van 1,5 miljoen mensen.
Om privacyredenen was het archief al die tijd niet openbaar. Wel kreeg het Rode Kruis jaarlijks nog zo'n 1200 verzoeken voor informatie. Omdat de rol van het archief tegenwoordig grotendeels is uitgespeeld, is besloten het archief over te dragen.
Bron: NOS Nieuws